Na een nat voorjaar is de zomer dan toch eindelijk aangebroken. De afgelopen dagen stegen de temperaturen tot boven de dertig graden. Op Tholen zijn er weer mooie bloemenvelden te zien.
0 Comments
Ik beloofde in mijn vorig blogbericht om iets te schrijven over mijn bevindingen met het externe Vision scherm in Hugyfot behuizing dat bovenop mijn onderwaterbehuizing prijkt. Ik heb er nu twee duiken mee gedaan en dit zijn mijn eerste bevindingen: De eerste duik was bij Sint Annaland waar we op zoek gingen naar de Snotolven. De zichtbaarheid was eigenlijk heel slecht en met de fish-eye lens werd dit geen groot succes. Tot overmaat van ramp vond ik geen enkele Snotolf. Dan maar foto's genomen met het doel om beeld-op-beeld foto's te verkrijgen. Ik koos enkele onderwaterlandschappen uit en richtte de camera ook naar de zon die af en toe door het wateroppervlak kwam gluren. Voor beeld-op-beeld opnames heb je altijd een donker vlak nodig in je foto om dat dan met een andere foto op te vullen. Als het vlak niet donker genoeg is, loop je het risico dat het tweede beeld er niet zuiver doorkomt. Om dat te beoordelen op het kleine LCD schermpje van de camera is niet altijd evident. Ik maakte dus al meteen gebruik van het grotere scherm en kreeg hierdoor een veel duidelijker beeld te zien. De tweede duik had ik mijn macrolens opgeschroefd en de snoot op de flitser gedraaid. Al vrij vlug vond ik enkele Brede ringspriet- en Harlekijnslakken. Dat was het gedroomde onderwerp voor mijn beeld-op-beeld foto's. Ik belichtte de slakjes met een zo klein mogelijke lichbundel en korte sluitertijd van soms wel 1/320ste zodat de rest van de foto zo donker mogelijk bleef. Eenmaal ik een foto had die me voldoende aanstond, ging ik in het menu op zoek naar de beeld-op-beeld functie. Als ik tevoren de foto's moest bijeenplaatsen op het LCD schermpje van mijn camera was dat meer gokwerk omdat de twee foto's zo klein werden afgebeeld, dat ik het nauwelijks kon beoordelen. En hier kwam het grotere scherm dus werkelijk tot zijn recht. Ik kon niet alleen de beelden beter zien, maar ook kijken of er niet teveel zweefvuil in het beeld zat. Dat was dus een hele verbetering. Nu ben ik geen voorstander om mijn tijd onderwater te spenderen aan fotobewerking, maar ik vond het zo leuk dat ik er toch een hele tijd aan spendeerde. De beoordeling van de samengestelde foto's verliep dus prima, al maakte ik me de bedenking dat ik in een ideale omgeving zat om de foto's te bekijken. Ik zat namelijk ronde de 15 meter diepte waar er voldoende duisternis was om het scherm goed te zien. Wanneer je ondiep zou liggen op een zonnige dag zou dit wel eens moeilijker kunnen zijn. Er is wel een afschermkap voorzien, maar de vraag is of die voldoende licht afschermt op zo'n momenten. Ik ga het alleszins nog uitproberen en de nodige feedback aan Hugyfot bezorgen hieromtrent, want het is zeker niet onmogelijk om zo'n afschermkap wat groter te maken. Ik zag ook dat het grote scherm de foto's iets donkerder weergaf dan het kleine scherm. Dat is echter op het droge prima op te lossen door de instellingen van het scherm aan te passen. Nu heb ik bovenwater weer wat extra gewicht mee te sleuren, maar onderwater bleek alles toch positief te zijn. Ik ga dus mijn configuratie moeten aanpassen, maar dat is heel simpel te verhelpen door enkele elementen te verwijderen uit de HugyFloat Compact flitsarmen. Conclusie: tot nu toe niets dan lof van mijn kant. Alles werkte perfect en zelfs verticale foto's maken bleek geen probleem te zijn. Het is nu veel aangenamer om foto's te beoordelen en zelfs onderwater te bewerken. Na de duik een foto laten zien om je collega duikers jaloers te maken gaat ook prima ;-)
In de toekomst ga ik de life view nog eens uittesten. Ik denk dat het externe scherm een vast attribuut gaat worden. Mijn laatste duik in het Zeeuwse water was al van eind vorig jaar, maar eergisteren kon ik er voor de eerste keer in het nieuwe jaar terug inspringen. Met een watertemperatuur van om en bij de 3 graden werden het twee frisse duiken. De eerste was bij Anna Jacoba polder en daar vond ik al meteen een nest eieren die afkomstig zijn van de Groene zeedonderpad. Op de foto is goed te zien dat de embryo's al in een vergevorderde fase zaten. De oogjes keken me massaal aan. Hier en daar was er al een visje uit zijn ei gesprongen. Vader zeedonderpad was van geen kanten te bespeuren. Vaak zitten ze wel ergens in de buurt, maar ik vond niets. Even verder hetzelfde verhaal: een mooi nest roze eitjes zonder vader in de buurt. Bij de kop van de pier zaten er overal Harlekijnslakken. Zo diep in de winter had ik ze nog niet gezien. Het was wachten tot ik er eentje vond die ik gemakkelijk in beeld kon krijgen. Toen ik onderstaand exemplaar voor de lens kreeg, richtte het diertje zich op om de omgeving beter waar te nemen. Toen ik na 90 minuten besloot om terug te keren viel mijn oog op een heel mooie naaktslak: de Brede ringsprietslak. Het was even geleden dat ik die nog gezien had. Ik nam er geduldig de tijd voor om er een mooie foto van te maken, maar de kou zorgde er voor dat mijn handen zich niet meer stil konden houden. Het was tijd om het water te verlaten, maar niet voor ik nog een foto nam van het eikapsel van een Japanse stekelhoren. Die lag net bij de instap. De tweede duik van de dag was bij Stalland, ook gekend als Sint-Annaland. Ook daar vond ik verscheidene nesten met eitjes van de zeedonderpad. Van de ouders echter geen spoor. Ik vond er wel een spookkreeftje dat geduldig poseerde. Zie je dat ene witte eitje? Dat zal helaas niet uitkomen. Bij de meeste nesten die ik tegenkom zitten er zo wel één of meerdere tussen. Het zal wel eigen zijn aan de natuur dat niet iedereen het haalt. De Hooiwagenkrabben aan de andere kant, zijn wel taaie gasten. Zelfs bij deze koude temperaturen kan je ze nog overal vinden. Voor deze Pauwkokerworm stopte ik ook nog even. Alhoewel ik er al veel foto's van heb gemaakt, blijven deze diertjes me fascineren. Hun tentakels wapperen in de stroming terwijl ze vaak nog eens veranderen van richting. Bij de minste beweging of lichtverandering schieten ze pijlsnel in hun koker. Geen gemakkelijk onderwerpen, maar met een beetje geduld kan je ze wel fotograferen. De beloning is dan dat je ze steeds anders in beeld krijgt. Tot slot kwam ik nog een Ruthensparrs grondel tegen. Deze visjes zwemmen altijd vrolijk rond en zijn ook altijd moeilijk in beeld te krijgen omdat ze heel schuw zijn. Maar dit exemplaartje wist blijkbaar van de kou. Het komt niet vaak voor dat ik er met mijn macrovoorzetlens op 5 cm afstand vandaan een beeldvullende foto van het kopje kan nemen. Maar deze keer lukte het dus wel. Het was tijd om terug te gaan opwarmen. Gelukkig was er hete soep... Meer foto's uit Zeeland vind je hier.
Het overkomt me niet vaak, maar enkele dagen geleden stond ik voor dag en dauw aan de Oosterschelde. Er stond een vroege ochtend duik gepland bij Sint-Annaland. Met camera en statief in de hand trok ik richting het strandje en nam er onderstaande foto's. Onder de waterspiegel was de zichtbaarheid niet veel soeps. Zeg maar erwtensoep. Deze beeld op beeld opname is een mengeling van 2 foto's: de bovenste helft nam ik bij Sint-Annaland en de Zeedahlia bij Den Osse aan het Grevelingenmeer. Bij Den Osse was de zichtbaarheid in het ondiepe gedeelte dan ook veel beter. Dankzij de zon kon ik deze menglichtopname maken. Meer foto's uit Zeeland vind je hier.
Gisteren was ik van plan om een vroege ochtenduik te maken bij de Zeelandbrug. Maar een baby maakt je nachten niet altijd gemakkelijk en dus was ik aan de late kant vertrokken. Desondanks het vroege uur was er al een vreselijke ochtendspits rond Antwerpen waar ik me nog net kon doorwurmen. Ik was goed op weg op de A58 richting Goes en opeens stond alle verkeer stil. Ik realiseerde me dat ik de kentering niet ging halen en gooide mijn plannen om. Dan maar terugrijden en een duikje bij de Bergse Diepsluis. Toen ik daar aan het water stond leek het me geen goed idee om er in te springen. De wind stond vrij krachtig op de kant. Dan maar naar Sint-Annaland, dat lag gunstig uit de wind. Ik haastte me het water in en hoopte stiekem dat mijn lekke droogpak het nog eventjes ging uithouden. Bij de eerste meters werd het al vlug duidelijk dat de zichtbaarheid heel goed was en vol goede moed begon ik mijn speurtocht langs de vele sponzen die Sint-Annaland rijk is. Toch een unieke plek, want ik ken geen andere duikstek waar ze zo massaal aanwezig zijn. Ik vond er ook allerlei bewoners zoals grondels, hooiwagenkrabben, krabben, zeenaalden en andere soorten. Eén Grote zeenaald kon ik wel heel dichtbij benaderen. Het dier verschuilde zich tussen wat Geweisponzen en hield zich stil in de hoop niet gezien te worden. Na een uurtje voelde ik toch water in mijn duikpak binnensijpelen. Ik maakte rechtsomkeer, want ik had nog een hele weg terug te gaan. Niet veel later viel mijn oog op een klein wit visje. Ik naderde het behoedzaam en zag dat het een zeedonderpad was. Waarschijnlijk nog een jong diertje aan de grootte te zien. Nu heb ik die diertjes al in vele kleuren gezien, maar nog nooit zo wit. Ik dacht meteen dat het een albino was, zoals die albino walvis die vorig jaar bij de Australische kust gezien was. Moby Dick, maar dan in het klein! Ik schat dat het diertje kleiner dan tien centimeter was. Daarom dacht ik eerst dat het om een Groene zeedonderpad ging, die zijn namelijk kleiner dan de Gewone zeedonderpad. Maar het ontbreken van de uitsteeksels aan beide mondhoeken is toch een belangrijk determinatiepunt. Hopelijk valt het diertje niet te fel op omdat het (nog) geen schutkleuren heeft, want als er predatoren in de buurt zijn, zal het vlug afgelopen met hem zijn. Achteraan, bij de staart, lijken de kleuren wat donkerder en zie je ook nog enkele witte vlekken. Het is leuk om dieren een naam te geven. Zo heb je Dolf de Snotolf of Happie de zeehond, dus daarom doopte ik dit exemplaar om met de gepaste naam Gino de albino. Ale gelijkenissen met bestaande personen of figuren zijn puur toeval...
Meer foto's vind je hier! Zeedahlia's: ik heb er al eens over geschreven en ik heb ze ook al vaak gefotografeerd, maar toch blijven ze me mateloos boeien. Misschien omdat ze zo fotogeniek zijn of omdat ze in verschillende kleuren bestaan, geen idee, maar elke keer als ik er eentje zie en ik heb de macrolens opstaan, dan ben ik vertrokken voor sessies van meerdere uren. Zo ook afgelopen dinsdag, na een duik van 120 minuten was ik er een viertal tegengekomen. De eerste had ik al snel te pakken, want die weet ik bijna blindelings terug te vinden. Deze heeft mooie rode kleuren rond de mondschijf. Ik wist dat er wat verder ook nog eentje stond en na enkele minuten vond ik de tweede. Die stond er half gesloten bij, wat een vreemd zicht was. Zo was de zuil dan weer eens duidelijk te zien, want meestal zit die een beetje verstopt. Een andere Zeedahlia stond er deze keer ook een beetje mistroostig bij. Deze heeft een redelijk bleke kleur. Misschien was ie een beetje ziek... En toen was er Luc, mijn duikbuddy en zelf ook fotograaf. Die wist er nog eentje staan. Na een korte tocht naar dieper water toonde hij me het mooiste exemplaar dat ik ooit gezien had. Met een dieprode tot paarse kleur was dit wel de kleurkampioen onder de Zeedahlia's. Ik nam uitgebreid de tijd om 'm te fotograferen. Ook de tentakels nam ik grondig onder de loep, want de detailfoto's vind ik vaak de mooiste. Zo waren twee uren puur duikplezier voorbij gevlogen. De tweede duik van de dag bracht veel minder op. De enige toonbare foto is onderstaand beeld van een Waaierkokerworm (Sabella pavonina). Voor deze uit de kluiten gewassen knaap moest ik redelijk wat afstand nemen om het diertje helemaal in beeld te krijgen. En net wanneer je dan denkt dat die tweede duik er teveel aan was, stap je het water uit en krijg je een ongelofelijke zonsondergang voorgeschoteld. Dus meteen maar alle duikspullen afgegooid en de camera bovengehaald. Wat kan duiken toch heerlijk zijn! Meer foto's vind je hier.
Ik kijk altijd uit naar de maand juli. De barbecue kan bovengehaald worden, de dagen zijn extra lang, het water lekker warm en de duiken lopen vaak uit tot twee uur en langer. Gisteren was zo'n dagje waar al deze elementen samenvielen. Ook de dertig graden moesten we erbij nemen, wat een extra reden gaf om nog langer in het water te liggen. Bij Sint-Annaland zag ik leuke grondeltjes en de Bruine plooislakken zijn er al de ganse maand te vinden. De Zwarte grondels zijn nog steeds druk bezig om hun eieren af te zetten. op onderstaande foto zie je de eitjes die door het vrouwtje in een lege oester afgezet zijn. Ze worden zowel door het vrouwtje als het mannetje bewaakt en regelmatig schoongemaakt. Bij de eieren van de Zeekatten oftewel Sepia's kwam ik weer enkele bijzondere exemplaren tegen. De vrouwtjes leggen een laagje inkt rond hun eieren wanneer ze deze afzetten, maar soms gebeurt het dat de inkt op is en dan kan je het foetusje binnenin zien zitten. Ik vind dit altijd een bijzonder fenomeen en daarom bleef ik er geruime tijd fotograferen en probeerde ik het licht van mijn flitser langs achter te plaatsen. Zo kan je de transparantie van het eitje beter zien. Ik kon ook een pasgeboren zeekat fotograferen. Zo klein had ik ze nog nooit gezien. Op onderstaande foto zie je al duidelijk het kalkskelet zitten bij het nog half transparante diertje. Juli is ook de tijd dat je overal garnalen onder de waterspiegel tegenkomt. Ik heb me dan ook al flink geamuseerd met ze te fotograferen. Vooral de Veranderlijke steurgarnaaltjes zijn een uitdaging voor mijn sterk achteruitgaande ogen. Zij herinneren me er steeds aan dat ik dringend een afspraak bij de oogarts moet maken. Bij de kleinste exemplaren zie ik vaak pas achteraf op het computerscherm dat ze zwanger zijn. Ze zijn dan ook vaak kleiner dan één centimeter. Gisteren vond ik er zelfs vijf bij mekaar in allemaal verschillende kleuren. Het bijzonderste exemplaar was onderstaande (bijna) zwarte garnaaltje. Die zat verborgen tussen de sepia eitjes en had zich prima gecamoufleerd. Ik moest flink overbelichten om het diertje op de foto te laten uitkomen, want zwart op zwart is moeilijk te zien.
Afgelopen dinsdag ben ik nog eens een kijkje gaan nemen bij de Bergse diepsluis. Daar zijn er de voorbije weken volop stokken op de bodem geplaatst die de Sepia's moeten helpen bij het afzetten van hun eieren. Er waren enkele berichten over een slechte zichtbaarheid wegens algenbloei in het water, maar ik vond de zichtbaarheid toch heel goed meevallen. Sommige stokken die vorig jaar geplaatst waren, bleken ondertussen mooi begroeid. Ik kon echter geen enkele Sepia spotten, dus profiteerde ik er maar van om enkele groothoekopnames te maken. De tweede duik ging ik de andere kant uit. Daar experimenteerde ik wat met de snoot en de fish-eye lens. Dankzij buddy Marlène vonden we nog een prachtige Snotolf. Die hadden we zo laat in het seizoen niet meer verwacht. Het diertje liet zich goed fotograferen en omdat we beiden een fototoestel bijhadden gingen we elk om beurt aan de slag. Als afsluiter doken we nog bij Anna Jacoba polder. Daar was de zichtbaarheid een stuk slechter. We kwamen vele Millennium naaktslakken tegen waarvan onderstaand exemplaar eitjes aan het afzetten was. Meer foto's vind je hier.
Ze hebben even op zich laten wachten, maar nu beginnen de Snotolven toch hier en daar op te duiken. De mannetjes laten zich in hun mooiste paaikleuren zien. Sommigen hebben een roos kleurtje terwijl anderen er dieprood uitzien. Ik heb ook gemerkt dat Snotolven verschillende karakters hebben. Normaal gezien zijn ze redelijk strijdvaardig als ze hun nest bewaken, maar sommige exemplaren kan je toch redelijk dicht benaderen zonder een uitval te moeten trotseren. Hopelijk kan ik ze in de komende weken nog een keertje bezoeken, want eens de eieren uitkomen keren ze terug naar diepere wateren. Dan is het weer een jaartje wachten vooraleer ze zich terug laten zien. Meer foto's vind je hier.
De voorbije weken was het hier stil op mijn blogpagina, maar dat wil niet zeggen dat ik zelf stil heb gezeten. Het seizoen van een jaarlijks weerkerende gast is aangebroken: de Snotolf. Enkele weken geleden kwam ik bij Sint-Annaland een mannetje tegen die op een vrouwtje lag te wachten. Het leek er op dat hij zijn plekje had voorbereid op de komst van een vrouwtje, want eitjes waren er nergens te bespeuren. Daardoor was de toekomstige vader nog wat nerveus en zwom voortdurend rondjes. Dat is erg vervelend als je een foto wil maken van deze mooi gekleurde gast. Om het dier niet te veel te verstoren hield ik het al gauw voor gezien. Even verder vond ik nog een vlokkige naaktslak die net over de eitjes van een zeedonderpad aan het wandelen was. Ik moest me reppen, want alhoewel het diertje niet erg snel vordert, is zo'n eierklomp op enkele seconden overgestoken. Tijdens de tweede duik van de dag bij Anna Jacoba polder kwam ik nog eens een Snotolf tegen, maar dit keer geen volwassen exemplaar. Het juveniele diertje was niet groter dan 8 à 10 centimeter. Normaal gezien trekken Snotolven een tijdje na hun geboorte naar diepere wateren, maar deze vond het hier blijkbaar gezellig genoeg om te blijven. Zo'n kleine Snotolf ben ik nog nooit in de winter tegengekomen. Heeft het misschien iets te maken met de zachte winter? Ik heb er geen flauw benul van, maar ik hoop dat het diertje zal overleven. Het is ook al druk bezocht geweest wan ik heb al meerdere foto's van onderwaterfotografen op internet gezien. Niet moeilijk als je zo fotogeniek bent! Vorige week waren het even geen Snotolven, maar een vervelende "snot" verkoudheid. Dan maar noodgedwongen boven de waterspiegel gebleven en eens een toertje met de wagen rond de Oosterschelde gemaakt. Ik was al bij de Zeelandbrug voor dag en dauw. Het was een erg koude ochtend, wat duidelijk te zien is op bovenstaande foto, maar bij de eerste zonnestralen wist ik meteen dat ik de juiste dag had uitgekozen. Ik besloot om verder langs Noord Beveland te rijden, een kant waar ik de laatste jaren niet zo vaak meer kom. Al snel besefte ik dat ik hier vaker zou moeten langskomen, want het is toch een stukje natuur dat bijzonder mooi is. Het vroege ochtendlicht en de bevroren grond gaf het geheel een feeëriek sfeertje. Ik heb nog heel wat meer foto's genomen die ik hier allemaal niet kan plaatsen. Daarom nodig ik u uit om hier in dit album een kijkje te gaan nemen. Of nog beter: trek er zelf eens op uit, u zal het zich niet beklagen!
Onlangs ben ik nog eens gaan duiken bij Sint-Annaland. Dat was eventjes geleden. De dijkwerken in de haven en ter hoogte van het strandje zijn nu voltooid en er mag terug gedoken worden. In de haven, langs de kant van het strand, zijn er wat minder parkeerplaatsen dan voorheen. Dat wordt dus drummen in het weekend. Ik heb echter vernomen dat er een tweede "duikers" parking gaat komen, die iets verderop zal liggen, ter hoogte van de nieuwe trap. Het strandje lijkt ook wat kleiner dan voorheen te zijn, maar het ziet er wel mooi uit. Onder de waterspiegel leek alles zoals voorheen. Sint-Annaland is nog steeds één van de mooiste duikplekken die ik ken in de Oosterschelde. Al gauw kwam ik heel wat eitjes tegen van de Bruine plooislakken. Het was wat zoeken, maar eventjes later zag ik ook de slakken zelf die nog volop bezig waren om hun eitjes af te zetten. Het tweede dat me opviel was het aantal zeenaalden. Die waren alom tegenwoordig. Het gebeurt niet vaak dat ik op één duik zoveel familieleden van het zeepaardje zie. Dit exemplaar trachtte zich te verstoppen tussen Geweisponzen. Meestal zwemmen ze tegen de bodem op zoek naar voedsel. Op onderstaande foto zie je een zeenaald die een lifter op de rug meeheeft. Eén of ander vlokreeftje? Hooiwagenkrabben en Heremietkreeftjes heb ik al heel veel gefotografeerd en ze blijven me nog steeds boeien. Ieder exemplaar ziet er anders uit, of heeft zich een andere vorm van camouflage aangemeten. Wanneer je ze behoedzaam benadert laten ze zich ook makkelijk fotograferen. Bij vissen is dat wat anders. Grondels hebben zo de eigenschap om net als je de sluiterknop wil indrukken, weg te vluchten. Een vervelende gewoonte! Deze bleef toch eventjes zitten. Sint-Annaland is dus nog steeds een fijne duikstek waar het goed vertoeven is. Vooral de stroming die met laag water meestal mild is en het uitbundige onderwaterleven, maakt het voor onderwaterfotografen een waar paradijs.
Meer foto's vind je hier. De vorige nachtduik, twee weken geleden (zie vorige post), smaakte naar meer. 's Nachts lijkt alles mooier en zie je vaak dieren die je niet of nauwelijks overdag ziet. Afgelopen maandagavond vertrok ik op tijd richting Zeeland in de hoop een mooie zonsondergang te kunnen zien. Bij de Oesterdam hield ik even halt om de windmolens te fotograferen. Even verder, iets voorbij de Bergse Diepsluis, stopte ik een tweede keer omdat de kleuren van de zon het landschap steeds mooier in een gouden gloed omtoverden. Daarna haastte ik me richting Gorishoek om de zon in de Oosterschelde te zien ondergaan. Onderweg zag ik de zon altijd maar sneller zakken en tot overmaat van ramp ook nog verdwijnen achter enkele wolken. Toen ik bij de dijk aankwam was het panorama toch nog de moeite van de rit waard. Met de nacht in het vizier reed ik door naar Sint-Annaland. Toen ik aankwam was de hemel bijna volledig zwart en lag de parking bij de haven er verlaten bij. Het was tijd om kopje onder te gaan. Net zoals twee weken terug, werd het weer een prachtige duik met heel wat mooie onderwerpen om te fotograferen. Hieronder staan er enkele foto's van de dieren die ik tegenkwam.
Het was weeral even geleden dat we 's nachts nog op pad gegaan waren en dus was de tijd er rijp voor. Op het programma stond een nachtduik bij Sint-Annaland. Nog maar net vertrokken bij het strandje werd ik al omringd door hele scholen Koornaarvissen. Die lieten zich niet makkelijk fotograferen, want bij gevaar zwommen ze pijlsnel weg of lieten ze zich naar de bodem afzakken om zich te verstoppen tussen de bodembedekking. Even verder sprong er plotseling een Sepiola atlantica oftewel Dwerginktvis voor de lens. Het diertje zwom langzaam achteruit en ik volgde voorzichtig mee. Sepiola's zijn met hun maximale grootte van 5 centimeter de kleinste inktvissen die in Zeeland voorkomen. Vaak vertrouwen ze op hun camouflage en graven ze zich in het zand in om zich te verstoppen van mogelijk gevaar. Deze knaap kon ik een tijdje volgen, maar één moment van onoplettendheid langs mijn kant zorgde ervoor dat het diertje plotseling verdwenen was. Niet veel later vond ik nog een jonge Sepia en een Grote zeenaald. Kreeften liepen overal rond terwijl Hooiwagenkrabben overal op de uitkijk zaten . Neem daar nog een zeer milde stroming bij en een zichtbaarheid van zeker 5 meter en een duiker vraagt zich dan af waarom hij niet vaker 's nachts op pad gaat!
Vandaag deed ik niet de eerste duiken van het jaar, dat was vorige week al, maar nu wel een eerste verslagje. Bij Sint-Annaland was de zichtbaarheid onder water stukken beter. Vorige week amper 2 tot 3 meter, vandaag zeker 5 tot 6 meter. De Wulken zijn nergens meer te bespeuren en buiten enkele Heremietkreeften en heel veel Hooiwagenkrabben heb ik echter niets beters te melden. Ik vond geen enkele zeedonderpad en de Snotolf die er zou zitten liet zich ook niet zien. Gelukkig was het iets beter bij Dreischor. Daar vond ik wel twee zeedonderpadden waarvan één met nest. Vorig jaar rond deze tijd zaten er meerdere. Misschien spelen de minder koude temperaturen een rol en dus is het wachten geblazen. Van blazen gesproken, de Gewone zeedonderpad met nest had prachtige paaikleuren en was heel de tijd over de eitjes aan het blazen. Dat blijkt heel vermoeiend te zijn want na al dat hard labeur begon hij te geeuwen. Verder hield ik me ook wat bezig met wat snootopnames in combinatie met een groene achtergrond. De lens die ik hiervoor gebruik is de Sigma 17-70mm F2.8-4 DC macro OS HSM. Dat is een zoomlens die ideaal is om zowel dichtbijopnames te maken en ook een redelijke breedhoek heeft. Met de snoot belicht ik enkel het hoofdonderwerp en door de sluitertijd van 1/60ste hou ik de achtergrond groen. Voorwaarde is wel dat de camera goed naar boven gericht is. Andere foto's vind je hier.
Om het jaar goed af te sluiten stonden er nog drie duiken op het programma. De eerste was bij Sint-Annaland. Alhoewel de wind pal op de kant stond, viel de zichtbaarheid onder de waterspiegel best mee. Op verscheidene plaatsen waren er eiafzettende Wulken te zien. Een mooi gekleurde Groene zeedonderpad deed z'n best om op te vallen, terwijl een Veranderlijke steurgarnaal er alles aan deed om uit het zicht te blijven. Daarna ging het richting Den Osse aan het Grevelingenmeer. Daar was het water glashelder tot een meter of vijf, dieper werd het al snel veel slechter. Dan maar het ondiepe deel afgezocht, maar veel meer dan wat Groene wierslakjes waen er niet te bespeuren. Gelukkig liet deze kreeft zich uitvoerig fotograferen. Als afsluiter dan maar naar de Zeelandbrug om er Slakdolven te gaan zoeken. Het was wel hoogtij en dan is de zichtbaarheid altijd veel minder goed dan bij laagtij. De eerste meters werd dat al meteen duidelijk. Met amper een halve meter zicht en redelijk wat stroming was het niet makkelijk om ook maar iets te spotten. Door de zoektochten van de afgelopen weken wist ik echter precies waar ik moest gaan zoeken. Hieronder staat het resultaat.
|
Nieuw op de websiteCategorieën
Alles
|