UPDATE: het gaat hier om de larve van een waterjuffer. Bedankt Stefan Verheyen.
Het is alweer een hele poos geleden dat ik nog eens iets neerschreef en dat had niet alleen met het fameuse Coronavirus te maken. Na 27 jaar zelfstandig haarkapper geweest te zijn heb ik mijn schaar aan de haak gehangen. Net voor de grote doorbraak van het virus eigenlijk. Het was een hectische periode waar ik tot op vandaag nog heel wat papier- en ander werk mee gehad heb. Meer dan me lief was, want de voorbije maanden ben ik niet meer in het water geraakt. Op twee uitzonderingen na ben ik dus al meer dan vier maanden niet meer gaan duiken. En eigenlijk was het dan nog niet eens duiken, maar pootje baden. Mijn beide uitstapjes naar de padden eindigden net zoals andere jaren met een pijnlijke nek. Dat komt doordat het water zo ondiep is dat ik mijn hoofd bijna continu moet achterover houden. Maar zelfs in kniediep water liggen bij deze eigenaardige schepsels maakte mijn dag goed en ik genoot er met volle teugen van. De eerste keer dat ik er naartoe gegaan ben was het onderwaterspektakel nog niet op gang gekomen en regende het pijpenstelen. Hier en daar waren er al wel wat eierafzettingen te zien, vooral van de kikkers. Die zijn er altijd vroeger bij dan de padden, maar de diertjes zelf waren nergens te bespeuren. Veel padden vond ik niet maar deze drie hadden het kennelijk wel naar hun zin. Voor de kikkers was ik waarschijnlijk al te laat, maar met de padden moest het allemaal nog beginnen. De week erna kon ik me nog een keertje vrijmaken. Een geluk eigenlijk, want de "lockdown" kwam net erna. Het was een zonovergoten dag en ik kreeg de volle drie uren tijd om in het water te liggen. De eerste meters bleef het nog vrij rustig, maar hoe verder ik langs de oever zwom, hoe meer leven er in beeld kwam. De zichtbaarheid viel best mee en de koude temperatuur van het water deerde me niet. Ik zat comfortabel in een droogpak met heel veel onderkleding aan en een thermisch vestje dat aangename warmte op mijn rug afgaf. Sommige padden zaten net onder de oppervlakte in de oeverbegroeiing. Dat was dan weer het ideaal decor om half-half opnames te maken. Niet evident in heel ondiep water, want bij de minste opwerveling heb je in het onderwatergedeelte geen zichtbaarheid meer. Onderweg kwam ik nog dit eigenaardige diertje tegen. In feite wat te klein voor een fish-eye lens, maar ik vond het zo'n bijzondere verschijning dat ik het op de plaat wou zetten. Ik kreeg maar enkele pogingen de kans om er een foto van te maken en achteraf gezien zat er geen enkele scherpe tussen, maar ik wil 'm toch tonen in de hoop dat iemand met zekerheid kan zeggen wat het eigenlijk is. Ik gok op een libelle... UPDATE: het gaat hier om de larve van een waterjuffer. Bedankt Stefan Verheyen. Op sommige plaatsen hingen de snoeren massaal om de takken en waterplanten heen. Dan weet je dat je op het juiste moment op de juiste plek bent, al is het vaak toch nog goed zoeken waar ze zich verstopt hebben. Op andere plekken zie je de koppeltjes dan weer vlak voor je neus zwemen of hangen ze gewoon tussen de takken. Na drie uren begon mijn flitser het op te geven. Zijn werk zat er op en ik keerde voldaan terug naar huis. Het was weer een schouwspel geweest en ik besefte op dat moment dat het wel eens de laatste keer van dit jaar zou kunnen geweest zijn dat ik de padden nog kon bezoeken. We zijn nu 14 dagen verder en evenveel dagen opgesloten tussen vier muren. Het is niet te geloven dat een virus zich zo wereldwijd heeft verspreid met desastreuse gevolgen. Niemand weet hoe lang we nog in quarantaine zullen moeten blijven en wat de uiteindelijke tol gaat zijn die we er zowel op menselijk als economisch vlak zullen moeten voor betalen. Ik hoop en wens iedereen veel moed en sterkte toe in de komende weken en maanden. Eén ding is zo goed als zeker: het leven gaat voort en de padden zullen er volgend jaar terug zijn... Meer foto's over de padden vind je hier.
2 Comments
|
Nieuw op de websiteCategorieën
Alles
|